Recensie (WegWijs mei/juni 2007, jaargang 61, nr. 4)
Moet je zo’n boekje eigenlijk wel bespreken? Het is maar 48 bladzijden dun. En gaat over een droom die zich had kunnen afspelen toen de auteur eens tijdens zijn preek flauw viel. Een droom bovendien waarin voortdurend alles mis is met de chronologie. Nog voordat Jezus vissers vroeg hem als leerling te volgen, heeft hij Lazarus al uit de dood opgewekt. Soms kijk je ook wat vreemd op van de manier waarop de auteur dingen zegt. Hij wil graag zijn voeten zetten op de plaatsen waar Jezus liep, maar dan niet op het water. Een predikant met gebrek aan vertrouwen? En hoewel de auteur de zonde van de overspelige vrouw uit Johannes 8 zonde noemt, vraag je je af of je Jezus’ woorden wel mag weergeven als: ‘Ga heen en zorg dat je huis je thuis wordt.’ Of geeft die weergave juist haarscherp aan wat de zonde was van die vrouw? Opmerkelijk is ook zijn ‘verklaring’ van de twaalf manden brood die na de wonderbare spijziging in Betsaïda overbleven: ‘Waarschijnlijk zijn er mensen geweest die de broden aan zich voorbij moesten laten gaan omdat ze vol zaten van hun eigen voedsel dat ze niet wilden delen.’ Door dingen zo te zeggen plaatst de auteur de boodschap van de Bijbel in een bijzonder perspectief, die je tot nadenken stemt. Meer nog, hij zet je aan tot het lezen van de Bijbel. Want ‘Bijbel is een boek van zijn tijd voor alle tijden’ en ‘Paulus zegt veel meer dan de teksten die ons goed uitkomen’. ‘Je zou eens moeten weten hoeveel vaker je in de Bijbel had kunnen lezen als je dat kijkkastje op het dressoir wat minder vaak aan had gezet.’ Over bijbellezen op maat gesproken!
Henk Bouwmeester