Gespreksboek over hoop
Recensie (WegWijs januari 2019, jaargang 73, nr. 1)
Dit boek gaat over hoop. Maar is hoopvol leven tegenwoordig niet een beetje wereldvreemd? Welke ellende zien we dagelijks niet voorbij komen. Hoop heeft iets onzekers. Met de christelijke hoop is het echter fundamenteel anders gesteld. De Bijbel is een hoopvol boek. Petrus wijst omhoog. God heeft ons hoop gegeven door de opstanding van Jezus Christus.
Wat die christelijke hoop inhoudt en waarop ze gebaseerd is beschrijft dr. J. Hoek in acht hoofdstukken. In de titel van elk hoofdstuk staat het woord hoop. Het boek is bedoeld om met elkaar in gesprek te gaan.
Hoofdstuk 1 gaat over hoop als zekerheid. Petrus getuigt daarvan. Hij wordt wel de apostel van de hoop genoemd. God heeft ons opnieuw geboren doen worden en er wacht ons een erfenis die nooit verwelkt. Die erfenis is de volle kennis van en de gemeenschap met Vader, Zoon en Heilige Geest, maar ook verlossing van de zonde, vernieuwing van ons lichaam. Die erfenis wordt op de jongste dag uitgekeerd. De erfenis wordt bewaard voor de erfgenamen, maar de erfgenamen ook voor de erfenis. Dr. Hoek gebruikt voor hoop het beeld van een brug en twee pijlers om aan te geven dat we nog onderweg zijn als christenen. De eerste pijler waarop de brug van de christelijke hoop steunt is het volbrachte werk van Christus. De andere pijler is de wederkomst van Christus. De eerste pijler is het nu reeds van het werk dat Hij al gedaan heeft, de andere het nog niet van het werk dat Hij nog zal doen. Soms komt er een zware last op de brug van de hoop.
In het tweede hoofdstuk wordt de hoop op Jezus’ komst beschreven. In Matteüs 24 worden meerdere signalen van die wederkomst genoemd. Hoop voorbij de dood is een pittig gedeelte uit dit boek. Hoe zien wij de dood? Hoek spreekt van een gulzig en gehaast consumentisme in deze tijd, omdat de dood het einde is en alles uit dit leven gehaald moet worden. De kerk zingt in 1 Korinthe 15 een Paaslied. Jezus’ overwinning op de dood, al is de dood nog altijd een geduchte vijand. Er is hoop voor ons lichaam. Ons lichaam wordt niet vernietigd, maar verheerlijkt. Niets van de oude mens gaat mee de eeuwigheid in. Als we nog in leven zijn als Jezus komt, hoeven we niet te sterven, maar moeten we wel veranderd worden (1 Kor.15:51).
De laatste hoofdstukken gaan over herschepping en de hoop op eeuwig leven, waarbij met name Openbaring 21 en 22 aangehaald worden. De mens wordt niet uit de schepping verlost, de schepping wordt met de mens verlost. Hij Die op de troon zit, zei: Zie Ik maak alle dingen nieuw!
Het is geen gemakkelijk boek, maar heeft veel te bieden. Aan het slot van elk hoofdstuk zijn gespreksvragen opgenomen, waardoor het makkelijker is om je de inhoud eigen te maken. Dr. J. Hoek is onder andere bijzonder hoogleraar Gereformeerde spiritualiteit aan de PThU.
Piet Zeilstra