Deze periode van het jaar is er één van herdenken en terugkijken. Begin mei hebben we de doden herdacht, die vielen tijdens en net na de Tweede Wereldoorlog. Een dag later vierden we feest, omdat we 72 jaar van de nazi-tirannie zijn bevrijd. Een goede combinatie en goede volgorde: wie de gevallenen herdenkt, weet waarom de bevrijding gevierd moet worden.
Het is ook deze maand dat politicus Pim Fortuyn vijftien jaar geleden werd vermoord door een Nederlandse milieuactivist. Het resulteerde in politieke verharding en verrechtsing, plus de opkomst van “de populist”.
Ook in de kerk hebben we de afgelopen weken vooral teruggekeken en herdacht. Dat herdenken begon met Goede Vrijdag en Pasen, de dood en opstanding van onze Verlosser. Veertig dagen na de opstanding volgde de Hemelvaart. Nog weer tien dagen later was er die uitstorting van de Heilige Geest.
Al deze momenten hebben iets met elkaar gemeen. Het zijn concrete gebeurtenissen, die vooral iets afsluiten. De Dodenherdenking en Bevrijdingsdag zijn vanwege de oorlog, Goede Vrijdag is het einde van Jezus’ leven op aarde, Pasen is de overwinning op de dood en Hemelvaart is Jezus’ tocht naar Zijn Vader.
Bij deze momenten zit weliswaar een (impliciete) opdracht. Om bijvoorbeeld werk te maken van Bevrijdingsdag (‘Dit nooit meer’) of om de genade van Jezus’ verrijzenis aan de mensen te vertellen. Maar het zijn opgaven die te maken hebben met de periode, die met de memorabele gebeuren zijn afgerond.
Pinksteren is wat dat betreft een wat ander feest. Hierbij wordt niet zozeer een periode afgesloten (of het moet de tien dagen zijn dat de discipelen verweesd waren achtergebleven na de Hemelvaart), maar het is juist de start van een nieuwe tijd. Met de komst van de Heilige Geest, ontvingen de leerlingen kracht en getuigden ze van de opgestane Heer in Jeruzalem, in heel Judea en Samaria, tot aan de einden van de aarde.
Pinksteren is geen vage belofte dat het “ooit wel weer eens goed komt”. Het is ook geen politieke uiteenzetting, waar een ieder naar eigen goeddunken een nieuwe opdracht uit formuleert. Evenmin een religieuze analyse dat “ze teveel zoete wijn hebben gehad”, waarmee je zo’n gebeurtenis kunt bagatelliseren.
Nee, Pinksteren zet je juist in vuur en vlam. Het is geen achterom kijken, maar juist vooruit kijken. Vooruit, de wereld in! Natuurlijk trek je tot aan de einden van de aarde met je eigen persoonlijke ervaring met Jezus – maar het is vooral de kracht van de Geest die je motiveert en inspireert om dit werk op te pakken.
Ook geen gek idee dat Pinksteren het laatste christelijke feest op de seizoenskalender is. Met de afsluitende viering worden we aan het werk gezet. Uit alle bijeenkomsten met terugkijken, hebben we genoeg munitie gekregen om de wereld in te gaan.
Frits Tromp
Een hart vol vuur – bewust op God gericht.