Recensie (WegWijs september/oktober 2009, jaargang 63, nr. 5)
Ds. Van der Leest begint met op te merken dat wij het in onze westerse welvaartsmaatschappij moeilijk vinden met lijden om te gaan. God moet garant staan voor ons geluk. Mensen kunnen God kwijtraken door lijden. Zondag 10 waarin staat dat alle dingen ons uit zijn vaderlijke hand toekomen, wekt afschuw op. De schrijver toont aan dat God in de Bijbel verbonden wordt met verdrietige gebeurtenissen. Een voorbeeld daarvan is het verhaal van Jozef: het plan van de broers wordt door God ten goede gebruikt. Toch hebben de mens en Satan ook een aandeel in alle ellende. Lijden is het gevolg van onze opstand tegen God. Maar er valt meer over te zeggen. Terecht haalt hij artikel 13 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis aan.
Ook gaat Van der Leest in op het element ‘straf’. Alle mensen hebben straf verdiend, vanwege onze ontrouw aan God. God maakt zich kwaad over ontrouw aan Hem. Met name in het Oude Testament greep Hij vaak meteen in. Ook laat God het kwaad vaak radicaliseren. De schrijver waarschuwt ervoor dat we niet zomaar een verband kunnen leggen tussen zonde en lijden. Hij benadrukt het geheim van Gods bestuur dat wij niet kunnen doorgronden. Door Christus’ lijden is ons lijden geen straf op de zonde.
Verder noemt hij ook het leerelement in het lijden: het kan ons tot inkeer brengen; het kan ons bescheiden maken naar God toe; het kan ons corrigeren als christen; het kan ons op de proef stellen; het kan ons doen verlangen naar een toekomst zonder lijden. Dat neemt niet weg dat lijden ook ervaren kan worden als een levenslange stoorzender. Van der Leest zegt hierover: Blijf niet steken in negatieve ervaringen van vroeger, kruip niet in de slachtofferrol maar neem de verantwoordelijkheid voor je leven van nu! Door Gods plan met ons kunnen we pijn verdragen en geduld oefenen.
In een bijlage gaat hij in op de Bijbel en het Joodse leed in de geschiedenis. De waardevolle opmerkingen daarin kunt u beter lezen door zelf dit boekje te kopen!
Martine Kwey-Haasdijk