verrassende bijbelteksten over het gewone leven,
Recensie (WegWijs november / december 2019, jaargang 73, nr. 6)
De omgekeerde wereld van God
De predikant Bram Beute, GKv Kampen-Zuid, bespreekt 34 “verrassende bijbelteksten over het gewone leven”.
De bijbelteksten zijn onderverdeeld in drie hoofdcategorieën: God zet de wereld op z’n kop, De omgekeerde God en Leven in Gods omgekeerde wereld. Al lezende ontdek je dat veel informatie uit de bijbelverhalen hun kracht missen - omdat het vertalingen zijn (lost in translation, nietwaar?) of omdat het om een hele andere cultuur gaat dan de westerse samenleving in de 21e eeuw.
Zoals het scheppingsverhaal. Volgens Beute niet zozeer een kroniek over die eerste week van de wereld, maar wel een humorvol verhaal waarin God de afgoden te kijk zet. Genesis 1 zou zijn ontstaan tijdens de ballingschap in Babylon, waarbij de Babyloniërs de hemellichamen als goden zag. En dan vertelt Genesis 1 dat God eerst het licht schept en pas drie dagen later de zon en maan, als lampjes.
In de categorie De omgekeerde God komt het verhaal van Job ter sprake. De omkering in deze geschiedenis zit hem in het spreken over God. Jobs vrienden Elifaz, Bildad, Zofar en Elihu brengen God onder in een systeem van ‘als-dan’ - terwijl Job in zijn woede en aanval de juiste woorden over zijn Redder spreekt. God hoeft niet verdedigd te worden, dat kan Hij zelf wel. God wil vooral dat je Hem serieus neemt. Leven in Gods omgekeerde wereld zit ‘m onder meer in het ‘die andere wang toekeren’. Onderdrukkers sloegen met de achterkant van hun rechterhand op de wang van hun slaven of onderdrukte mensen, een teken van belediging. Wie zijn linkerwang toekeerde, zou geslagen worden met de vlakke hand - wat dan lijkt op het slaan van een gelijke. Ergo: ik verzet me niet door te vechten, maar ben wel een mens als jij.
De wereld van God is een verrassende wereld, omdat het omgekeerd is aan wat wij denken dat die wereld is. Het verhaal van Jaël en Sisera (Rechters 4-5) is zo’n verhaal, waarin de dubbelzinnigheden in de vertalingen zijn weggevallen. Beute blaast het stof van dit verhaal, maar maakt er niet gelijk een vunzige vertelling van. Wel wordt het relaas in een juist perspectief gezet - ook dít is wat je in de Bijbel terug kunt vinden.
Elke deelcategorie kent een korte inleiding. De afzonderlijke hoofdstukken, die prima los van elkaar gelezen kunnen worden, hebben een tekstverwijzing naar het verhaal waar het over gaat. Daarnaast heeft elk hoofdstuk één vraag ter bespreking; vanwege de jij-vorm lijkt de discussie vooral bestemd voor een bijbelstudie-vereniging of een (oudere) jeugdvereniging. Het gaat de schrijver om het aangeven van de grote lijnen in de bijbel, niet om theologische fijnproeverij. In de opzet dat het boek als vertrekpunt dient ter bespreking en om de bijbelverhalen weer ter hand te nemen, is het geslaagd.
Frits Tromp