“Vertrouwen in de toekomst” is de titel van het derde kabinet-Rutte. Het behoeft geen betoog, dat aan dit vertrouwen flink gewerkt zal moeten worden. Vooral tussen de twee partijen die het verst van elkaar af staan: D66 en ChristenUnie. Het was D66-leider Alexander Pechtold die in het voorjaar nog zei, dat het “onwenselijk” is om te praten met de ChristenUnie. Partijleider Pechtold heeft toenmalig informateur Schippers duidelijk gemaakt dat hij niets ziet in samenwerking met de CU.
De partijen staan op ethische onderwerpen diametraal tegenover elkaar. Maar over deze thema’s is dus wel een akkoord bereikt, waaruit de volgende kabinetsperiode zal worden samengewerkt. De tijd van enige vrijblijvende samenwerking over sociaal-economische zaken is voorbij, nu zullen Pechtold en Gert-Jan Segers schouder aan schouder moeten staan en Rutte-III lopende moeten houden
Vertrouwen, dat is het toverwoord tussen de vier coalitiepartijen. En blijkbaar is dat iets wat werkt, of kan werken. Ook tussen Bijbelvaste christenen en overtuigde atheïsten. Het lijkt wel bijna een seculier equivalent van hoe het in de kerk zou moeten gaan. Ook in de kerk is vertrouwen het basisbegrip waar het om draait. Niet alleen is ‘vertrouwen’ een synoniem voor ‘geloven’, het is ook een term om onderling actief mee bezig te zijn.
Een verlangen naar de “oude kerk”, de eerste gemeente zoals Lucas dat beschrijft in Handelingen 2. Trouw, bijeenkomen, gemeenschappelijk, mensen vormden een gemeenschap. De chroniqueur van de kerk in Jeruzalem rond het jaar 33 noteert het, alsof het een vanzelfsprekendheid is. Alsof het zomaar gebeurt, zolang je maar hetzelfde geloof met elkaar deelt. Een paar hoofdstukken verderop is het toch minder mooi dan het lijkt. Het bedrog van Ananias en Saffira, de conflicten over de wetten van Mozes, het eerste concilie van de apostelen (hoofdstuk 15).
Vertrouwen is een mooi uitgangspunt, maar het is ook iets wat niet vanzelf gaat. Vertrouwen is een werkwoord. Dat geldt voor de politici in Den Haag, maar dat is eveneens een opdracht voor de mensen in je kerk. Die aan vertrouwen moeten werken. Net als jij.
Maar ook net als ik.