Op naar de eindstreep

september / oktober jaargang 77, nr. 5

0523Prins.pdf
Dirk-Albert Prins

4        Lees en herlees!  | Henk van de Kamp
Bijbelstudie  Naast een overzicht van de brief geeft Van de Kamp ook de kern aan. Wij hebben een hogepriester die de dienst vervult in het hemels heiligdom. We moeten naar boven kijken, maar ook naar voren. We lezen ook wat voor hem de meest bemoedigende onderdelen van de brief zijn.

9        Lichtvoetig | Ruud de Boer
Hou vol, je kunt het!  De Hebreeën waren joodse christenen die het niet makkelijk hadden, maar de brief spoort hen aan vol te houden. In Hebreeën 11 lees je over een menigte geloofsgetuigen. Ze vertrouwden op God en hebben de finish bereikt. Zij moedigen ons aan: hou vol, je kunt het!

12      Geweldig dat we zo’n Heer hebben!  | Frits Tromp 
Interview  Het is Ter Maat opgevallen dat de Hebreeën-brief vol bemoediging staat. Dat blijkt ook uit een van de laatste verzen: woorden van bemoediging. Dat Jezus als Hogepriester geleden heeft is een prachtig gegeven. Zo weet Hij wat wij als mensen doormaken en dat is ons tot troost.

16      Luther en de canon | Huib Noordzij
En zó voort  Bij Luther zelf vinden we al een zekere openheid ten aanzien van de canon. Hij beschouwde de Bijbel als van God Zelf gegeven. Maar toch achtte hij zich niet meer gebonden aan de kerkelijke vaststelling van de canon. Hebreeën plaatste hij onder de apocriefe geschriften al vond hij de beschrijving van Christus’ priesterschap meesterlijk.

Boeken – recensies

Tom Wright, Hebreeën voor iedereen
Ruud de Boer, Lichtvoetig

Thema volgend nummer:

• • november/december,
    Het komende nummer van Wegwijs gaat over armoede en rijkdom. Over de omgang met geld en bezit.
    We hebben er voor gekozen om dat te doen aan de hand van Spreuken 30:8-9.
    “Houd me ver van leugen en bedrog. Maak me niet arm, maar ook niet rijk, voed me slechts met wat ik nodig heb.
    Want als ik rijk zou zijn, zou ik U wellicht verloochenen, zou ik kunnen zeggen:
    ‘Wie is de HEER ?’ En als ik arm zou zijn, zou ik stelen en de naam van mijn God te schande maken.”
    Deze verzen getuigen van wijsheid waarin oog is voor het gevaar, de zorgen en moeiten,
    die armoede en rijkdom met zich mee kunnen brengen.
    Daarbij worden we door deze spreuken misschien ook wel bepaald bij de kern van ons bestaan.
    Voed me slechts met wat ik nodig heb, zodat ik u kan prijzen en eren als de bron van mijn bestaan.
  • januari/februari,
    Hoopverleners

Laten we God dan naderen met een oprecht hart en een vast geloof,
nu ons geweten gereinigd is door de besprenkeling van ons hart, en ons lichaam met zuiver water is gewassen.
Hebreeën 10 : 22

Bijlage – Werkvormen