Recensie (WegWijs maart / april 2014, jaargang 68, nr. 2)
Ruimte om te sterven.
Een weg voor zieken, naasten en zorgverleners
Een boek dat een handleiding wil zijn voor het omgaan met elkaar bij ziekte en de weg naar het sterven. Leven en sterven zijn beide een kunst die je tijdens je leven moet leren. In vijf hoofdstukken worden de spanningsvelden rond het sterven beschreven.
Het weten dat je er niet alleen voor staat in je ziekbed of ouderdom geeft je ‘innerlijke ruimte’. Deze metafoor gebruikt de auteur om de toestand te duiden die in moeilijke situaties ervoor zorgt dat je klaar kunt staan voor elkaar, mits je elkaar die ruimte geeft. Elk hoofdstuk bevat een praktijkverhaal, verwerking en een aantal vragen.
Het christelijke deel is aan het eind van elk hoofdstuk te vinden onder de noemer ‘christelijke spiritualiteit’. Dit heeft als voordeel dat dit boek voor iedereen toegankelijk is, degene die het zonder christelijk tintje wil lezen kan dit overslaan. De rooms-katholieke gebruiken als eucharistie en ziekenzalving worden uitgelegd.
Het boek boeit van begin tot eind en is zeker geschikt om door te geven. De manier waarop over God gesproken wordt als ‘geheim van Liefde’ is even wennen, maar de eerbied blijft. De auteur geeft richting, het is de bedoeling dat iedereen zelf kan kiezen welke weg te gaan. Het boek kan gesprekken op gang brengen met iedereen in je omgeving. Stervenden hebben tijd en aandacht nodig, stilte en gebaren kunnen soms meer zeggen dan woorden. De rust die het gebed geeft en het geloof dat we kinderen van één Vader zijn, verandert onze verhouding tot andere mensen. Zolang een mens leeft is er iets te winnen aan innerlijk ruimte.
Ida Nijman-Stegeman