Dag 09

Zingen: Psalm 139:4

Lezen: 1 Korintiërs 6:1-11

Waarom lijdt u niet liever onrecht?
1 Korintiërs 6:7

Eenheid en onverdraagzaamheid

Recht en gerechtigheid behoren tot de mooiste en grootste woorden van de Bijbel. Ze zijn – net als het woord liefde – rechtstreeks tot God te herleiden. Hoe belangrijk het woord recht is, weet iedereen die onrecht heeft ervaren: hoeveel pijn kan dat doen! Daarom is de vraag die Paulus hier stelt aan de Korintiërs een hoogst opmerkelijke: ‘Waarom lijden jullie niet liever onrecht?’ Als er ergens een plek is waar het eerlijk en rechtvaardig moet toegaan, is het de gemeente van Christus toch? Dat is helemaal waar, maar ‘het onrecht’ waarvoor de Korintiërs elkaar voor de rechtbank dagen, behoort niet tot de categorie waarvan Paulus in het voorafgaande hoofdstuk zegt dat daarover tucht geoefend moet worden. Het gaat om kwesties die met enige wijsheid intern opgelost hadden kunnen worden. Klaarblijkelijk hebben de Korintiërs de neiging om de zaken onder het mom van ‘Dat is niet eerlijk!’ en ‘Ik sta in mijn recht’ op de spits te drijven. Het zegt iets over de onverdraagzame geest die er in de gemeente heerst. En onverdraagzaamheid doet de eenheid in Christus maar al te makkelijk teniet.
‘Waarom lijden jullie niet liever onrecht?’ Het is een vraag die uit Paulus’ mond volkomen geloofwaardig is, en uit die van de Here Jezus nog meer. Hij immers was bereid om ter wille van de eenheid tussen God en mens en mensen onderling het ergste onrecht te dragen.

Gebed: Bekeer mij van mijn harde hart, mijn lange tenen, mijn korte lontje en mijn zure blik.