
Mediaties week 3
Zingen: Psalm 66:3
Lezen: 1 Korintiërs 13:1-7
Had ik de liefde niet, ik zou niets zijn.
1 Korintiërs 13:2
Laten we het ons zo voorstellen, dat Timoteüs Paulus’ brief bij de gemeente heeft bezorgd. De eerstvolgende samenkomst wordt hij voorgelezen en heel de gemeente is aanwezig. Daar zitten ze, al die gemeenteleden die het zo met zichzelf getroffen hebben. En dan krijgen ze de volgende boodschap te horen: Wat jullie met al jullie buitengewone kwaliteiten doen, is voor God geen ene rode cent waard zonder liefde. Tongentaal, profetieën, kennis, geloof, grote persoonlijke offers, de beste dogmatiek en de meest gereformeerde kerkenordening hebben zonder liefde geen enkele waarde.
Ik probeer me dit voor te stellen en hoef – mezelf kennende – daarvoor minder moeite te doen dan me lief is… Ik zie de gezichten ofwel lijkbleek wegtrekken, of rood aanlopen. Dit is zo confronterend. Dit is een tweesnijdend zwaard dat diep doordringt in je hart. Wat drijft mij werkelijk? Wat kleurt van a tot z mijn doen en denken? Hoe verhoud ik me tot mijn broer, mijn zus?
Wil een gemeente in Christus groeien in de liefde, dan kan het niet zonder dit soort confrontaties. Alleen zo kan eenheid in Christus tot stand komen.
Gebed: Ik bid U om geduld en goedheid. Ik bid dat ik niet jaloers, ijdel of zelfgenoegzaam ben, grof of egoïstisch. Ik bid dat ik me niet boos laat maken en het kwaad niet aanreken. Ik bid dat ik me niet verheug over het onrecht maar vreugde vind in de waarheid. Ik bid dat ik alles verdraag, alles geloof, alles hoop, in alles volhard. Amen.